Algemene informatie (Suriname)

Toerisme

Suriname beschikt niet over mooie stranden en is daardoor niet aantrekkelijk voor massatoerisme. Daar staat tegenover dat Suriname het land is met het hoogste percentage bedekking met tropisch regenwoud van Latijns-Amerikaan en waarschijnlijk van de hele wereld. Dit opent de mogelijkheden van uitstapjes naar het binnenland waar men van de ongerepte natuur kan genieten.

Godsdienst van Suriname

Door de vele culturen in Suriname, zijn er ook vele godsdiensten. Over de officiële godsdienst van Suriname is een beetje onduidelijkheid. Tot voor kort was het christelijk geloof de staatsgodsdienst, maar sinds een tal jaar is dit de Islam geworden. Toch is het aantal aanhangers van de Islam met ca. 15% redelijk laag. De grootste groep aanhangers van de Islam zijn de Hindoestanen. Maar de meeste Hindoestanen zijn Hindoe. Met 20% aanhang van de Surinaamse bevolking, staat dit geloof op de tweede plaats. Het grootste geloof in Suriname is nog steeds het Christendom. Zo'n 41 procent heeft zich dit geloof eigen gemaakt.

De Surinaamse Districten

De meeste mensen in Suriname wonen in de hoofdstad Paramaribo. Het noordelijke deel van het land is het deel, dat het meest ontwikkeld is en dus ook het deel met de beste infrastructuur. Alle steden liggen in het Noorden van het land. In de andere delen van het land zijn er een aantal nederzettingen. Toen Suriname nog niet zo lang was ontdekt en het in het bezit was van de Nederlanders was het land heel wat kleiner dan het nu is. Om een idee te krijgen: Slechts de eerste 100 kilometer landinwaarts vanaf de Surinaamse kust behoorde tot Suriname. Het land erachter was Portugees bezit en zou hedendaags tot Brazilië hebben behoord als de Portugezen het grondgebied ten noorden van het 'Guyanese hoogland', dat een berggebied is, niet hadden weggegeven aan de Guyana's. Hierdoor hebben Guyana, het voormalige Brits Guyana, Suriname, dat vroeger Nederlands Guyana heette, en Frans Guyana, de omvang, die ze hedendaags hebben.
Vliegveld
Zanderij is de naam van een dorp vlakbij de Johan Adolf Pengel International Airport in Suriname, 40 km ten zuiden van Paramaribo.
Deze luchthaven is officieel genoemd naar de populaire Surinaamse staatsman Johan Adolf Pengel (1916 - 1970), maar wordt in de volksmond altijd 'Zanderij' genoemd.
De herkomst van deze naam laat zich makkelijk raden bij het aanschouwen van de zandbak die de luchthaven van boven af gezien is, midden in het schijnbaar oneindige groen van het oerwoud eromheen. De luchthaven beschikt over 1 landingsbaan van 3,5 kilometer, en verwerkt circa 100.000 passagiers per jaar, voornamelijk van transatlantische vluchten van de KLM en Surinam Airways en van regionale vluchten van Surinam Airways en enkele maatschappijen uit Brazilië, de Nederlandse Antillen en Venezuela.

Oude gebouwen
Fort Zeelandia is een voormalig Nederlands fort in de hoofdstad van Suriname, aan de linkeroever van de rivier de Suriname. Tegenwoordig (2004) is het een museum.
Het fort ontstond in het begin van de 17e eeuw, toen de Nederlanders een handelsvestiging stichtten nabij het Indianendorp Paramaribo, het latere Paramaribo. Om de nederzetting te verdedigen werd een versterking aangelegd. De Engelsen veroverden deze in 1651 en noemden hem Fort Willoughby, naar Lord Willoughby. In 1667 veroverden Zeeuwen onder Abraham Crijnssen het fort en de nederzetting. Het fort werd Fort Zeelandia genoemd; de nederzetting Nieuw Middelburg. Deze naam sloeg nooit aan. Mensen van buiten Paramaribo noemden het plaatsje zelfs simpelweg foto (fort). Fort Zeelandia, gelegen aan de rivier de Suriname, werd uitgebreid met vijf bastions. Nadat in 1712 de Fransen een succesvolle aanval hadden uitgevoerd op een deel van de plantages rond Fort Zeelandia, werd op de rechteroever van de rivier een nieuw fort gebouwd, Fort Nieuw Amsterdam. Fort Zeelandia werd een kazerne, en later een gevangenis.
In 1967 werd het fort gerestaureerd, waarna het Surinaams Museum hier werd gehuisvest. In 1982 namen de militairen rond Desi Bouterse hun intrek in het fort. Het werd Nationaal Hoofdkwartier, en werd gebruikt om tegenstanders van het regime op te sluiten, onder wie Surendre Rambocus en diens ondergeschikte Jiwansingh Sheombar na het mislukken van hun tegencoup op 11 maart 1982. Op 8 december van dat jaar werden op het binnenplein vijftien tegenstanders van het regime-Bouterse omgebracht, een gebeurtenis die bekend staat als de Decembermoorden. Sinds 1995 is in het fort weer het Surinaams Museum gevestigd.